minister van VenW, thans Infrastructuur en Milieu

Vaststelling tracébesluit Rijksweg 31 Leeuwarden op grond van de Tracéwet. Appellanten betogen o.a. dat de artikelen 1.6, tweede lid en 1.6a van de Crisis- en herstelwet (Chw) zich niet verdragen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en in strijd zijn met het Verdrag van Aarhus. De desbetreffende bepalingen van de Chw eisen dat het beroepschrift de gronden van het beroep moet omvatten en na het verstrijken van de beroepstermijn geen beroepsgronden meer...

Someren

Revisievergunning krachtens de Wet milieubeheer voor een agrarisch bedrijf. Appellant betoogt dat de gemeentelijke verordening waarop de in de vergunning opgenomen geurgrenswaarde is gebaseerd, onverbindend is onder meer omdat bij de vaststelling van de verordening zijn belangen zijn miskend.

minister VenW, thans Infrastructuur en Milieu

Wegaanpassingsbesluit A9 Velsen krachtens Spoedwet wegverbreding. Appellanten betogen dat de woonboten die liggen nabij de A9 ten onrechte niet worden beschermd door toetsing aan de Wet geluidhinder. Gelet op toekomstige wetgeving moeten woonboten gelijk behandeld worden als reguliere woningen.

GS Noord-Brabant

Wijziging voorschriften milieuvergunning voor het oprichten van een inrichting naar aanleiding van tussenuitspraak van de Afdeling om gebreken uit een eerder verleende milieuvergunning te herstellen. Verweerder heeft een aantal voorschriften van de eerder verleende milieuvergunning gewijzigd en een tweetal voorschriften nader gemotiveerd en gehandhaafd. Appellanten hebben in hun zienswijzen over het herstelbesluit laten weten zich te kunnen vinden in de gewijzigde voorschriften.

Wieringen/bestemmingsplan ‘Oosterland’

De Provinciale Milieuverordening (PMV) moet worden aangemerkt als een algemeen verbindend voorschrift. Derhalve moet deze verordening in acht worden genomen ongeacht of het beschikbaar zijn van een ontheffing op grond van de PMV als voorwaarde in de wijzigingsbevoegdheid wordt opgenomen. Het opnemen van deze eis is dan ook niet nodig ter borging dat de PMV in acht wordt genomen en evenmin met het oog op de rechtszekerheid.

GS Zuid-Holland

Aanwijzing van bevoegd gezag op grond van voorschrift in ontgrondingsvergunning ter voorkoming van een calamiteit bij zandwinningswerkzaamheden. Appellant betoogt dat het voorschrift in de ontgrondingsvergunning geen aanleiding geeft voor het geven van een aanwijzing nu er zich feitelijk geen calamiteit heeft voorgedaan. De oevervallen die zich vijf tot zeven jaar geleden voordeden, zijn te lang geleden om een aanwijzing te rechtvaardigen. Het bevoegd gezag is van mening dat aan het geven van een aanwijzing geen termijn is verbonden. Het hervatten...

Tynaarlo/bestemmingsplan ‘Zuidoevers Broekveldt’

De Afdeling stelt vast dat de financiële crisis bij de vaststelling van het bestemmingsplan al in volle gang was, zodat hiervan ten tijde van de vaststelling van het plan al kon worden uitgegaan. In casu heeft de raad zich niet in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat het aannemelijk is dat de 17 woningen binnen de planperiode gerealiseerd worden.

Schijndel/bestemmingsplan ‘[locatie]’

De raad heeft zich in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat de herziening van het bestemmingsplan geringe ruimtelijke gevolgen heeft en dat er daarom geen bestuurlijk overleg nodig was.

Haarlemmermeer/bestemmingsplan ‘Lijnden Lijnderdijk 191-193’

Uit de nota van toelichting bij artikel 3.1.1 van het Bro volgt dat slechts bij hoge uitzondering, indien het duidelijk gaat om een herziening van geringe omvang dan wel van in planologisch opzicht ondergeschikt belang, geen overleg zal hoeven plaats te vinden. Een dergelijke uitzondering doet zich in dit geval niet voor, aangezien appellante ten gevolge van het plan naar een andere locatie zal moeten uitzien met mogelijk andere gevolgen voor het milieu dan bij hervestiging van een betonmortelcentrale ter...

Breda

Vergunning op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) voor het plaatsen van twee vuurwerkbunkers. Verzoekers hebben de voorzieningenrechter gevraagd om het besluit te schorsen. De rechtbank stelt allereerst vast dat verzoekers belanghebbende zijn omdat zij concurrenten zijn die op niet al te grote afstand van vergunningaanvrager handel drijven. De plaatsing van de vuurwerkbunkers op het perceel is in strijd met het ter plaatse geldende bestemmingsplan omdat de verkoop van vuurwerk geen vorm van grootschalige detailhandel is in de...